Professioneel statuut

1. Inleiding

1.1 Vooraf

Innova GGZ is een zorginstelling die zowel generalistische basis- als specialistische geestelijke gezondheidszorg levert aan volwassenen met psychische (of psychiatrische) problematiek. De cliënt, zijn lijdenslast en subjectieve beleving van zijn klachten zijn het centrale uitgangspunt voor Innova GGZ. De kernwaarden en drijfveren van de cliënt vormen het vertrekpunt van waaruit Innova GGZ probeert met kwalitatief hoogwaardige zorg op de hulpvraag van de cliënt aan te sluiten.

Om tot de beste behandelresultaten te komen laten wij het proces van opbouwen, onderhouden en ook weer afsluiten en/of overdragen van de behandelrelatie met de cliënt leidend zijn. Zo wordt niet per se symptoomgericht behandeld, maar wordt meer gewerkt in mogelijkheden van netwerkzorg en met aandacht voor herstel potentie. De kwaliteit van de behandelrelatie vormt hierbij steeds het ijkpunt in de behandeling, waarbij het idee is dat zo min mogelijk zal worden verwezen maar eerder (consultatief) zal worden samengewerkt - zowel intern als extern.

Ons uitgangspunt is dat de kennis en kunde in de behandeling voornamelijk zijn gebonden aan de professional(s) met wie de cliënt een therapeutische relatie opbouwt – en dus niet per se (alleen) aan een gespecialiseerd instituut. Deze kwaliteiten komen het beste tot hun recht wanneer de professional optimale vrijheid ervaart om de behandeling - uiteraard binnen de geldende beroepskaders - zoveel mogelijk naar eigen inzicht en verantwoordelijkheid in te kunnen richten. Dit principe vraagt om duidelijk professioneel kader, waarin wordt omschreven hoe verantwoordelijkheden en bevoegdheden zijn toegewezen aan de verschillende vakdisciplines en het management, en hoe deze zich onderling verhouden. In aanvulling op de beroepsmatig geldende gedrags- en beroepscodes alsmede de juridische kaders - zoals de wet op de geneeskundige behandelovereenkomst (WGBO), wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg (Wet BIG), en de wet kwaliteit, klachten en geschillen in de zorg (Wkkgz) - biedt het professioneel statuut van Innova GGZ hierop nadere uitleg en/of specificering.

1.2 Doel

Het doel van dit professioneel statuut is de waarborging van de professionele ruimte van alle medewerkers die binnen Innova GGZ werkzaam zijn. Het gaat om het zoeken naar een betere balans tussen de belangen van cliënten, professionaliteit en organisatiebeleid. Het bestuur van Innova GGZ is eindverantwoordelijk voor de totale zorginstelling. 

Conform wet- en regelgeving heeft Innova GGZ net als iedere zorginstelling een professioneel statuut, mede wegens het complexe en multidisciplinaire karakter van de zorg die geboden wordt. Het professioneel statuut is op iedere medewerker van toepassing die werkzaam is binnen Innova GGZ.

2. Uitgangspunten en definities

2.1. Raad van Bestuur

De leden van de Raad van Bestuur zijn belast met de strategische leiding en het beleid van Innova GGZ. De Raad van Commissarissen fungeert niet alleen als toezichthoudend orgaan, maar ook als inhoudelijk sparringpartner.

2.2. Zorginstelling

Innova GGZ is een WTZi-erkende zorgInstelling waar geestelijke gezondheidszorg wordt verleend; zowel generalistische basis-GGZ als gespecialiseerde GGZ.

2.3. Professional

De zorgprofessional die persoonlijk contact heeft met de cliënt in het kader van diagnostiek en/of behandeling. Dit betreft een regiebehandelaar of medebehandelaar die een geldende arbeidsovereenkomst met Innova GGZ heeft.

2.4. Cliënt

Een natuurlijke persoon die zich bij een zorginstelling aanmeldt of aangemeld heeft om zorg te ontvangen of reeds ontvangt. Wanneer er over cliënt wordt gesproken, kan hieronder ook een cliënt van de zorginstelling worden verstaan.

2.5. Cliëntenadministratie

De cliëntenadministratie is ingericht ter ondersteuning van de professional bij het uitvoeren en registreren van de zorgverlening en het opstellen en volgen van zorgpaden en behandelplannen.

2.6. Professionele standaard

Verzamelnaam voor (multidisciplinaire)richtlijnen, beroepsrichtlijnen, gedragscodes, (veld)normen, zorgstandaarden dan wel organisatiebeschrijvingen die betrekking hebben op het gehele zorgproces of een deel van een specifiek zorgproces en die vastleggen wat noodzakelijk is om vanuit het perspectief van de cliënt goede zorg te verlenen. 

2.7. Professionele autonomie

Professionele autonomie is de vrijheid van de professional om zelfstandig te handelen in het zorgproces rondom de cliënt, binnen de kaders van zijn professionele opvattingen en vigerende normen die onder meer zijn vastgelegd in de professionele standaard, waarbij hij gewogen en gemotiveerd mag afwijken van deze standaard.

2.8. Dossier

Met het dossier wordt het vastleggen van het zorgproces van een cliënt bedoeld in de breedste zin van het woord. Het geheel wordt gevormd door NAW-, verzekerings- en contactgegevens van cliënt, familie en/of naasten en hulpverleners in de ketenzorg. Daarnaast bevat dit documentatie van eerdere behandeltrajecten, intake- en diagnostiek-verslagen, voortgangsrapportages en werkaantekeningen en correspondentie. Al deze documentatie wordt vastgelegd in het ECD (elektronisch cliënten dossier). Het dossier is eigendom van Innova GGZ. Het dossier kan op verzoek van de cliënt worden ingezien, gekopieerd of worden vernietigd.

2.9. Verlenen van zorg

Behandelingen op het gebied van de geestelijke gezondheidszorg die worden verricht door een professional die een beroep gerelateerd aan de geestelijke gezondheidszorg uitoefent waarop de Wet op de geneeskundige behandelingsovereenkomst (Wgbo) van toepassing is.

2.11. Behandelplan

Een in samenspraak met de cliënt opgesteld plan, waarin de algemene gegevens en het beeld van de cliënt, zijn beperkingen, mogelijkheden en wensen, doelen, actieplan, evaluatie en rapportage aan de orde komen. Onder het zorgplan wordt ook het behandelingsplan verstaan.

2.12 Behandelingsovereenkomst

Een behandelingsovereenkomst is een bij wet vastgelegde relatie tussen hulpzoekende enerzijds en hulpverlener en/of zorgaanbieder anderzijds. Door akkoord te gaan met het behandelplan wordt impliciet ingestemd met deze wettelijk vastgelegde relatie en de rechten en plichten die daaraan verbonden zijn, zoals deze onder meer zijn vastgelegd in de algemene voorwaarden van Innova GGZ. De eisen die de wet stelt aan de behandelingsovereenkomst zijn derhalve van kracht op de relatie nadat de cliënt zijn behandelplan heeft geaccepteerd. Daartoe is een handtekening van de cliënt niet expliciet vereist (wel wenselijk) maar wordt het opvolgen van adviezen, en/of het deelnemen aan de zorgproducten benoemd in dat behandelplan gezien als een directe vorm van consent en instemming, waarmee beiden (behandelaren en cliënt) de behandelovereenkomst hebben bekrachtigd.

3. Juridische kaders

3.1. Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg (Wkkgz)

De overheid wil dat iedereen goede zorg krijgt. Daarom heeft de overheid wettelijk vastgelegd wat goede zorg precies inhoudt. De wet kwaliteit, klachten en geschillen in de zorg verplicht instellingen tot het verstrekken van zorg die kwalitatief van goed niveau is, veilig is en afgestemd is op de behoefte van de cliënt. Voor de beoordeling van de kwaliteit van zorg gelden de door de professionals binnen hun beroepsdomein gestelde normen op grond van de professionele standaarden. Professionals werken binnen Innova GGZ volgens de ‘state of the art’ van hun beroepsgroep. Ook staat in deze wet beschreven wat er moet gebeuren als mensen een klacht hebben over de zorg.

3.2. Wet op de geneeskundige behandelingsovereenkomst (WGBO)

De Wet op de geneeskundige behandelovereenkomst (WGBO) regelt de rechten en plichten van de cliënt. Zo staat in deze wet dat cliënten recht hebben op informatie en dat zij toestemming moeten geven voor een behandeling. Ook regelt de WGBO de privacy van de cliënt, het recht op een second opinion, het inzagerecht van cliënten in hun eigen medisch dossier en de vertegenwoordiging van cliënten als zij niet zelf kunnen beslissen. Daarnaast verplicht de WGBO professionals om een medisch dossier bij te houden. De wet regelt de verhouding tussen de cliënt en behandelaar en tussen cliënt en de instelling. De professional vertegenwoordigt de instelling in zijn individuele contacten met de cliënt. Op grond van de WGBO is er sprake van een centrale aansprakelijkheid van de instelling. Dat wil zeggen dat als er in de zorgverlening fouten gemaakt worden, de instelling hiervoor verantwoordelijk is en eventueel aansprakelijk gesteld kan worden, ongeacht wie binnen de instelling de fout gemaakt heeft

3.3. Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg (Wet BIG)

De wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg heeft als doel de kwaliteit van de beroepsuitoefening te waarborgen en cliënten te beschermen tegen ondeskundigheid en onzorgvuldig handelen van beroepsbeoefenaren. De wet geeft daarom aan een aantal beroepen titelbescherming en regelt deskundigheidsgebieden. In samenhang met dit laatste beschrijft de wet de aan bepaalde beroepsgroepen voorbehouden handelingen. Binnen Innova GGZ geldt deze wet voor artsen, GZ-psychologen, psychotherapeuten, verpleegkundigen en verpleegkundig specialisten. Deze beroepsbeoefenaren kunnen individueel tuchtrechtelijk worden aangesproken op hun professioneel handelen of nalaten. Dit rechtvaardigt dat zij professioneel autonoom moeten kunnen handelen.

3.4. Tuchtrecht

Het medisch tuchtrecht is rechtspraak waarbij het tuchtcollege beoordeelt of een arts of andere hulpverlener volgens de voor hem geldende professionele standaard heeft gewerkt. Het tuchtrecht is bedoeld om de kwaliteit van de beroepsuitoefening te bevorderen en bewaken. Het tuchtrecht geldt voor alle beroepsgroepen die staan ingeschreven in het BIG-register, waaronder artsen, maar bijvoorbeeld ook tandartsen, verpleegkundigen en apothekers. Een medisch tuchtcollege bestaat uit juristen en leden-beroepsgenoten.

3.5. Wettelijke aansprakelijkheid Beroepsuitoefening

In de CAO GGZ is in hoofdstuk 3 geregeld dat de persoonlijke burgerrechtelijke aansprakelijkheid van de werknemer in de uitoefening van zijn functie door de werkgever (verplicht) verzekerd wordt; de werkgever vrijwaart de werknemer voor aansprakelijkheid ter zake en ziet af van de eventuele mogelijkheid van regres op de werknemer. Een en ander is niet van toepassing indien de schade het gevolg is van opzet of bewuste roekeloosheid van de werknemer. De werkgever voorziet in adequate rechtsbijstand als de werknemer wordt betrokken in een in- of externe klachtenprocedure, inclusief tuchtrechtprocedure, tenzij er sprake is van nalatigheid of bewuste roekeloosheid. Dit artikel heeft geen betrekking op strafrechtelijke procedures. 

4. Verantwoordelijkheden, bevoegdheden en onderlinge verhoudingen

4.1 Algemeen

Om als professional te kunnen werken is het noodzakelijk dat de verantwoordelijkheden, bevoegdheden en onderlinge verhoudingen adequaat zijn geregeld. Binnen Innova GGZ nemen we in eerste instantie voor hen met een BIG-registratie aan dat de bevoegdheid tot handelen wel omschreven is binnen de kaders van de wet BIG. Indien dat niet zo is worden de gespecificeerde gedragscodes en omschrijvingen van beroepsverenigingen overgenomen. Voor allen geldt dat zij verantwoordelijk zijn voor de kwaliteit van hun werk en het op peil houden van hun kennis binnen hun deskundigheidsgebied. Innova GGZ zal daar waar mogelijk dit proces actief faciliteren.

4.2 De instelling

Innova GGZ, daarin vertegenwoordigd door de Raad van Bestuur, is als zodanig jegens de cliënt verantwoordelijk en aansprakelijk voor het verlenen van kwalitatieve, doelmatige en cliëntgerichte zorg. Daarbij moet worden vermeld dat Innova GGZ te maken heeft met een financieel kader dat medebepalend is voor de grenzen van het zorgaanbod. Dit kan ertoe leiden dat er keuzes moeten worden gemaakt en prioriteiten moeten worden gesteld in welke zorg al dan niet geleverd kan worden. Leidend in deze keuzes is het principe dat de aanbesteding altijd ten bate komt van (ondersteuning van) het primaire zorgproces en wat de hulpverlener hierin nodig heeft. Hiertoe stelt Innova GGZ richtlijnen en protocollen op die richtinggevend zijn voor de professionals, die middels een arbeidsovereenkomst of een overeenkomst met onderaannemerschap werkzaamheden namens de zorginstelling uitvoeren.

4.3 De professionals

Binnen Innova GGZ werken professionals met verschillende beroepen en hun respectievelijke specialisatie. Innova GGZ hanteert de DBC-beroepentabel van de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) als uitgangspunt. De NZa heeft hierin de beroepen opgenomen die bevoegd en bekwaam worden geacht om een rol te vervullen in de behandeling van cliënten in de GGZ. Deze beroepenstructuur sluit aan bij de in de Wet BIG geregistreerde beroepen, de NZa heeft hier de beroepen aan toegevoegd die (nog) niet geregistreerd zijn in de Wet BIG, maar wel eenzelfde landelijk erkende status binnen de GGZ hebben.

De professionals ontlenen hun verantwoordelijkheid aan het deskundigheidsgebied waarvoor zij zijn opgeleid en dienen professioneel autonoom te kunnen handelen binnen hun deskundigheidsgebied. De Raad van Bestuur heeft de verantwoordelijkheid om hier de voorwaarden voor te creëren. Professionals hebben beroepsgeheim en volgen de regels van de AVG wat inhoudt dat er geen persoonlijke gegevens gedeeld zullen worden zonder uitdrukkelijke toestemming van de cliënt. 

Daarnaast hebben professionals standaard de onderstaande verantwoordelijkheden:

  • De professional zorgt voor een adequate registratie van zijn verrichtingen. 
  • De professional houdt zich aan de afspraken, zoals vastgelegd in protocollen en richtlijnen, maar kan daar in het belang van de cliënt gemotiveerd van afwijken. 
  • De professional verplicht zich bij de uitvoering van de werkzaamheden te houden aan de aanwijzingen welke door of namens de directie dan wel Bestuurder worden gegeven.
  • De professional houdt zich bij extern optreden aan de afspraken en regels die binnen de instelling gelden betreffende de contacten met de pers, media en andere instanties. 
  • De professional zal medewerking verlenen aan de uitvoering van het kwaliteitsbeleid.
  • De professional levert binnen redelijke grenzen een bijdrage aan instructie en opleidingsactiviteiten en het leveren van cliënten informatie.

Daarnaast gelden voor de verschillende beroepen specifieke verantwoordelijkheden, taken en bevoegdheden. Deze staan uitgebreid beschreven voor ieder beroep in de respectievelijke functiebeschrijvingen.

4.3.1 Regiebehandelaar

Het aanspreekpunt voor de cliënt tijdens de behandeling is de regiebehandelaar. De regiebehandelaar is de behandelaar die, naast de zorg die hij als hulpverlener ten opzichte van de cliënt en diens naasten heeft te betrachten, belast is met de totale regie van de behandeling door hemzelf en door andere hulpverleners tijdens het gehele behandelingstraject. De regiebehandelaar coördineert de afstemming tussen alle betrokken zorgverleners en is verantwoordelijk voor de integraliteit van de behandeling. De regiebehandelaar moet bekwaam zijn en functioneren in een gestructureerd multidisciplinair overleg. De regiebehandelaar heeft een wezenlijk aandeel in de inhoudelijke behandeling en is het eerste aanspreekpunt voor de cliënt en zijn naasten en/of de wettelijk vertegenwoordiger, tenzij anders wordt overeengekomen met de cliënt. Vanwege het belang van de continuïteit van zorg is de wisseling van regiebehandelaar in beginsel ongewenst. De regiebehandelaar is ook verantwoordelijk voor het op- en afschalen van zorg. Voor een uitgebreidere beschrijving van de taken en verantwoordelijkheden van de regiebehandelaar en welke beroepen wanneer in aanmerking komen voor deze rol, wordt verwezen naar het kwaliteitsstatuut van Innova GGZ

4.3.2 Medebehandelaar

Naast de regiebehandelaar is er sprake van een behandelaar. De behandelaar heeft een CONO-geregistreerd beroep (DBC-beroepentabel van de NZa) en wordt door de regiebehandelaar gevraagd om een bijdrage aan de specialistische zorg te verlenen, zoals ook wordt opgenomen in het individuele behandelplan. Voor een uitgebreidere beschrijving van de taken en verantwoordelijkheden van de medebehandelaar, wordt verwezen naar het kwaliteitsstatuut van Innova GGZ.

4.3.3 Escalatieprocedure

Wanneer in een zorgtraject tussen betrokken professionals een verschil van mening ontstaat, wordt in eerste instantie bemiddeld door de regiebehandelaar in betreffende casus.

Indien laatstgenoemde zelf direct betrokken is bij het conflict en/of wanneer de regiebehandelaar niet tot een bevredigende oplossing kan komen, wordt de casus aan de primus inter pares voorgelegd, in dit geval een psychiater die tevens lid is van de Raad van Bestuur. Laatstgenoemde zal in dit geval beslissen.

Indien het conflict niet direct zorg gerelateerd is, wordt de mogelijkheid geboden om van de vertrouwenspersoon gebruik te maken. Deze heeft de functie om te bemiddelen, en indien dit onvoldoende oplossing biedt, de betrokken medewerker met de Raad van Bestuur in contact te brengen.

4.4 Operationele support

De operationele support wordt uitgevoerd ten behoeve van ondersteuning van het primaire bedrijfsproces en bestaat uit het uitvoeren of ondersteunen bij de volgende onderdelen:

  • Cliëntenregistratie en dossiervoering
  • Financiële administratie
  • ICT

4.5 HRM

HRM ziet erop toe dat het personeelsbestand actueel is bijgewerkt, waarin van alle bij Innova GGZ werkzame professionals de bevoegd- en bekwaamheid conform de eisen die de zorg van Innova GGZ en de wet- en regelgeving daaraan stellen staan geregistreerd. HRM ontwikkelt protocollen en werkwijzen die deze vereisten borgen. Kwaliteitsverbetering door bijscholing maakt hier onderdeel van uit. Jaarlijks wordt door HRM een scholingsbudget en scholingsprogramma vastgesteld.